Nepal

Nuwakot

Nuwakot
Een paar dagen later gaan we naar Nuwakot, een dorpje in het gelijknamige district ten noorden van Kathmandu. Bij deze dagtrip maken we een kleine vergissing. In onze herinnering is het circa 20 kilometer verder dan Kakani waar we in het verleden wel eens naar toe zijn gefietst. Navraag bij twee taxichauffeurs leert ons dat het circa 1,5 a 2 uur rijden zou zijn. Omdat dit overeenkomt met wat we zelf dachten, checken we het niet verder en gaan we met onze “vaste” taxichauffeur op pad. De kronkelige bergweg richting Trisuli Bazaar voert door het “echte” Nepalese heuvel/berglandschap met kleine dorpjes en vele akkerbouw- en rijstterrassen. Het is erg leuk om dat weer te zien en we genieten van de tocht. Een tocht die wel langer en langer duurt en Nuwakot komt maar niet in zicht. Uiteindelijk blijkt Nuwakot niet circa 10 a 20 kilometer vóór Trisuli te liggen, maar 5 kilometer voorbij Trisuli. Wat dom dat we dat voor de zekerheid toch niet eerst getriplecheckt hadden. Na 3,5 uur rijden waarbij het steeds warmer werd in de kleine taxi, mede omdat de vallei bij Trisuli nog lager ligt dan het toch al hete Kathmandu, komen we eindelijk in Nuwakot aan.
In Nuwakot, gelegen bovenop een heuveltop, vindt men een fort dat in 1744 is veroverd door Prithvi Narayan Shah, de koning van Gorkha die vanuit Nuwakot ook Kathmandu veroverde en daarmee een flink stap zette op weg naar zijn droom van één verenigd Nepal onder zijn koninklijke leiding. Er om heen ligt een aantal tempels en een klein dorpje dat enigszins van de gebaande paden af ligt.
Wanneer we uit de taxi stappen en eerst Yalisha voorzien wat het nodige extra water ter verkoeling en compensatie van haar gezweet, komen er direct diverse dorpelingen aan om het kleine blanke kindje te zien en vele willen haar direct vasthouden. Dat lijkt ons niet zo’n goed plan, dus we houden ons dom en doen alsof we hun gebaren niet begrijpen.
We rammelen inmiddels van de trek en de eigenaren van een klein eettentje met wel heel beperkte keuze zijn zo vriendelijk om ons er op te wijze dat even buiten het dorp een farm house (The Famous Farm) ligt, dat naast luxe accommodatie ook uitstekende maaltijden biedt. Ze blijken er niet echt een menu te hebben, maar beloven iets lekkers te maken en binnen afzienbare tijd verschijnt er een ruim assortiment heerlijke warme en koude versnaperingen op onze tafel.
Na deze late lunch is er nog maar weinig tijd om Nuwakot wat beter te bekijken. Tijdens onze rondwandeling komen er weer diverse mensen op Yalisha af en/of willen zelfs met haar op de foto.
Om een uur of 17:00 gaan we weer richting Kathmandu, wetende dat we een flink deel van de route in het donker zullen moeten gaan rijden, wat op de slechte weg niet heel handig is, maar er is weinig aan te doen.
Onderweg komen we nog een bus tegen die van de weg is geschoten (op de heenweg lag hij daar nog niet). De inzittenden hebben flinke mazzel gehad. Als de bus iets verder was doorgeschoten, was ie waarschijnlijk zo een stuk de berg afgerold, wat bijna elke dag wel ergens in Nepal gebeurt en waardoor er jaarlijks honderden doden vallen.
Wanneer het donker begint te worden, kunnen we goed zien dat er verschillende bosbrandjes woeden, veelal het gevolg van onoplettendheid dan wel domheid en vaak is er weinig aan te doen, dan te wachten tot ze zijn uitgebrand. Nepal beschikt over weinig middelen om bosbranden effectief te bestrijden.

kinderhuis
De volgende dag brengen we nog een bezoekje aan het kinderhuis, wat weer erg leuk is. Wat wel jammer is, is dat een aanzienlijk deel van de kinderen wegens de vakantie aan het eind van het schooljaar op familiebezoek is. Voor hun natuurlijk erg leuk en het is in ieder geval niet zo druk rondom Yalisha als tijdens ons eerste bezoek en we hebben nu wat meer gelegenheid om met een aantal kinderen te praten.

Nuwakot

Narayanhiti Palace
De dag erop doen we een beetje rustig aan. Arno brengt nog een kort bezoekje aan het voormalig koninklijk paleis (Narayanhiti Palace) dat na de val van de monarchie een museum is geworden. Het paleis is al een jaar open als museum, maar nog steeds staan er regelmatig flinke rijen met Nepalezen die deze “pracht en praal” wel eens van dichtbij willen bekijken. De in 2008 afgezette koning was verre van populair, onder meer vanwege de hoge uitgaven aan zijn paleizen. Echter, wanneer je het paleis bekijkt, is het zowel qua architectuur als inrichting spuuglelijk. Het gebouw is weliswaar enorm groot, maar het is niet voor te stellen dat er aan het paleis zelf zo veel geld opging. Het is aannemelijker dat een groot deel van het geld opging aan de grote hoeveelheid personeel en vooral verdween door het weg te sluizen naar het buitenland.
De inrichting doet je meer denken aan wat je bij ons in landhuizen van eind 19e eeuw ziet en wat al vele tientallen jaren buiten gebruik is geraakt. Er hangt ook een rij foto’s van buitenlandse gasten die op het paleis hebben gelogeerd. Een foto van Willem-Alexander hangt daar niet tussen. Het lijkt ook sterk dat hij tijdens zijn bezoek aan Nepal in de gastenslaapkamer zou hebben willen slapen, een kamer die er aanzienlijk minder goed uitziet dan onze hotelkamer, wat een prima kamer is, doch zeker geen vorstelijk verblijf.
Buiten het paleis zijn op de overblijfselen van een bijgebouw de plaatsen gemarkeerd waar de kroonprins in 2001 een deel van zijn familie vermoordde alvorens zichzelf door het hoofd te schieten. In sommige muren zijn de kogelgaten nog zichtbaar. Het is wel apart om op deze voor de Nepalese historie zo belangrijke plaats te staan. Toch lijkt het vreemd dat het gehele gebouw is afgebroken, zoals er wel meer bewijsstukken van deze dubieuze tragedie snel zijn vernietigd.
In de boekenverzameling treft men naast o.a. een Nederlandstalig boek m.b.t. Brussel ook het boek “Freedom in Exile”, de autobiografie van de Dalai Lama, aan. Het koningshuis was de Tibetanen kennelijk beter gezind dat de huidige regering.

Jyoti
’s Middags ontmoeten we Jyoti, ook een voormalig Nepalese vrijwilligster in het kinderhuis. Ook dit is een gezellig weerzien en Jyoti is helemaal gek met Yalisha speelt met haar en zorgt dat de kleine meid zit te gieren van het lachen.
In zijn algemeenheid waren er trouwens wel een paar opvallende dingen in de wijze waarop Nepalezen met (westerse?) kinderen omgaan. Ze zijn heel open en vrij: wildvreemde mensen beginnen direct te knijpen in haar wangen en voetjes, klakgeluidjes met hun tong te maken, willen haar direct vasthouden en lijken dat ook de normaalste zaak van de wereld te vinden. Diverse mensen toonden zich bezorgd om het feit dat Yalisha geen sokjes aan had bij temperaturen van rond de 30 graden, terwijl wij juist ons best deden om haar zoveel mogelijk verkoeling te geven. Meestal was de eerste vraag: “koti mohina?” (hoeveel maanden), waarna het antwoord vaak werd doorgegeven aan anderen mensen in de buurt. En de vervolgvraag was vaak of het een jongetje is (jongens zijn bij vele ouders meer gewenst dan meisjes), ook als ze voor ons westerlingen overduidelijk als meisje gekleed was. Vaak vonden ze het ook maar raar als we haar uit de felle zon probeerden te houden. Nepalese kinderen worden juist vaak één of enkele keren per dag in de zon gemasseerd met mosterdolie, wat volgens een Nepalees, die zijn eigen analyse had gemaakt, zorgt dat Nepalese kinderen sterker zijn dan Westerse kinderen. In Nepal lopen kinderen immers al vroeg en in Europa zitten kinderen van een jaar of 3 á 4 nog steeds in een buggy. Jaja, juist.

Bouddanath
Op de laatste zaterdag voor ons vertrek gaan we nog een keertje naar Bouddanath. Arno had ondertussen elders in de stad een Free Tibet t-shirtje op maat laten maken voor Yalisha en dit was een mooie gelegenheid om haar deze te laten dragen.

Laat een antwoord achter