Thanchowk – Tilicho Base Camp
Thanchowk – Pisang
Vanuit Thanchowk lopen we door een diep dal naar Pisang (3200 meter) waar de omgeving droger en kaler wordt. We zijn nu een beetje door de Himalaya heen gelopen en de monsoon zou hier minder invloed moeten hebben en inderdaad hebben we vanaf deze dag minder/nauwelijks last van de regen. Onderweg komen we weer vele wegwerkers tegen die op gevaarlijke plaatsen, gevaarlijk en ongezond werk doen, voor een schamel loontje van wederom rs 120 per dag. Op sommige van deze plaatsen zijn de trekking trails smal en steil en een van de porters vindt het enigszins eng. Deze porter is eigenlijk geen porter maar was een van de weinigen die bereid was de “klus aan te nemen” in Besi Sahar. Maar hij vindt het erg leuk en komt op plaatsen waar ie zelf ook nooit is geweest. Die avond in Pisang bespreken we de voortgang en het trekkingplan met gids en porters. Eigenlijk is het de bedoeling om deze porter, Raj Kumar (wat zoiets als prins betekent, in Manang te vervangen voor een porter die gewend is om op grote hoogte te lopen/werken. Raj Kumar vindt zijn werkvakantie echter veel te leuk en is boos. Als ie in Manang moet stoppen dan gaat ie liever per direct terug, waarop ie een flinke uitbrander van Sangeeta krijgt, maar de discussie blijft nog even zonder uitkomst.



Pisang – Manang
De wandeling van Pisang naar Manang is de mooiste dag van de hele trekking en een van de betere wandelingen in de hele Himalaya. Althans voor zover wij 3-en gezien hebben, gezamelijk goed voor circa 15 a 20 trekkingen. De wandeling gaat langs de voet van het Annapurna massief en van de Gangapurna piek, door knusse dorpjes, kabbelende bergbeekjes, wildere riviertjes, diepe dalen, prachtige rotspartijen, open valleien. Voor deze wandeling staat circa 4 uur, maar door de vele pauzes om foto’s te maken of gewoon een tijdje naar de omgeving te staren doen we er ruim 2 keer zo lang over. Doordat we zo langzaam gaan komen we rond een uur of 16:00 totaal niet moe, maar wel volledig voldaan aan in Manang, een relatief welvarend bergdorp, dat ondanks het toerisme (hier relatief veel, omdat hier meer mensen overnachten vanwege acclimatisatie of invliegen via het nabij gelegen Hungde) nog redelijk een authentiek karakter heeft vast weten de houden. We zijn alledrie dolenthousiast over de prachtige dag/omgeving en tijdens het eten genieten we nog even na.



In en rond Manang
Vanuit Manang kunnen vele dagtrips gemaakt worden, oa naar Braga Monastery en diverse andere afgelegen kloosters, Ice Lake, Gangapurna Lake, een Milarepa grot, etc. Wij beperken ons tot het Gangapurna Lake en Braga Monastery, omdat we de volgende dag ergens tussen Khangsar en Tilicho Base Camp willen acclimatiseren.
In Manang moeten maatregelen genomen worden voor de camping trekking. Vanaf hier zullen we 3 of 4 nachten in tenten moeten slapen en ons eigen eten en brandstof mee moeten nemen. Het inkopen van voedsel en brandstof is niet zo’n probleem Het regelen van een extra porter wel. Met heel erg veel moeite weten we uiteindelijk een extra porter te regelen voor rs4000 voor 3 dagen, waar een normale prijs rs1500 zou moeten zijn. Het zou goedkoper zijn geweest als we een extra porter helemaal vanuit Besi Sahar hadden meegenomen. Wij blij dat we niet de hele camping trek vanuit Manang hadden geregeld, wat we ook nog even overwogen hadden. De porter Raj Kumar is blij dat ie vanwege deze omstandigheden mee “mag” naar Jomsom.
Voor de volgende dag staat de korte wandeling van Manang naar Tilicho Peak hotel, op een eenzame plek tussen Khangsar en Tilicho Base Camp op het programma. We kunnen dus lekker rustig aandoen: uitslapen, nog even een keer goed douchen en een wandeling naar Gangapurna Lake maken voor we op pad gaan.
Manang – Tilicho Peak hotel
Al snel bereiken we Khangsar, een Tibetaans ogend plaatsje, waar het erg hard waait.
Na een lange pauze in Khangsar (soort van mini-acclimatisatie) lopen we naar Tare Gompa een eeuwenoud mini kloostertje dat nog actief in gebruik is en voor de lokale bevolking van groot belang is. Hier houden we even pauze, offeren boterlampjes en zitten een tijdje de luisteren naar de gebeden prevelende monniken, drinken wat yak-boterthee (lekker vet en veel calorieën, die kunnen we hier wel gebruiken). Daarna lopen we naar Tilicho peak hotel, een prachtig (voor trekking begrippen dan) nieuw hotel in de middle of nowhere.
De gids is ons goed gezind, we mogen in het hotel slapen en hoeven nog niet de tenten in. De staf zelf slaapt wel buiten in tenten en bereidt ook het eten buiten voor. De minst ervaren porter heeft binnen no-time de stove gesloopt, wat ons een groot probleem oplevert. Hij is niet meer te repareren. Het is al laat in de middag en er zijn maar twee opties: of geen stove, of iemand moet terug naar Khangsar/Manang om een ander te regelen dan wel hem te laten repareren. Eigenlijk is alleen het laatste een optie, maar voor hun wel een vervelende. We spreken af dat ze niet per se ’s avonds terug hoeven komen, maar dat ze ook de volgende ochtend kunnen komen. We wachten wel, de wandeling naar Tilicho Base Camp is toch niet zo lang. Gelukkig weten gids en porter al in Khangsar iets te regelen en een uur of 3 later, net voor het donker wordt, zijn ze al weer terug.
Tilicho peak hotel – Tilicho Base Camp
Vanaf Tilicho peak hotel lopen twee routen naar Tilicho base camp. Een gevaarlijk, korte, lage route en een iets minder gevaarlijke, hoge, zware en lange route. Het gevaar van de lage route blijkt te zitten in de landslide areas waar met name later in de middag als de wind opsteekt, stenen naar beneden kunnen rollen. We moeten dus vroeg weg, om voor die tijd in Tilicho base camp te zijn. Vroeg opstaan zijn we wel gewend, dus dat is niet het probleem. Na een korte mooie wandeling door groen landschap komt het droge, steile landschap waar na zware regenval regelmatig (kleine) aardverschuivingen en steenval plaatsvinden in zicht. Van een afstand ziet het er indrukwekkend uit. Wat echter vooral op Sangeeta meer indruk maakt, is dat op één van de eerste stukken onze porter Raj Kumar niet durft af te dalen. Als een porter al niet durft…………. Hij wordt door één van de andere porters geholpen. Om even te nuanceren, zo’n steile afdaling met meer dan 30 kilo (mogelijk zelfs meer dan 40) op je rug is natuurlijk een stuk lastiger dan met een dag rugzakje van 2 of 3 kilo.



Langzaam vooruit
Deze laatste wetenschap helpt Sangeeta niet veel en gedurende de rest van de wandeling naar Tilicho base camp heeft ze voortdurend de hulp van één of twee anderen nodig om haar vooruit te helpen. Hierdoor doen we minimaal 2 keer zo lang over de route en langzaam steekt de wind op en hier en daar beginnen kleine steentjes naar beneden te rollen. Sangeeta is echt doodsbang, zucht, steunt en kreunt en knijpt de handen van de helpers helemaal fijn.Na een tijd lang samen met Sangeeta en gids “vooruit gekropen” te hebben, bereiken we Santosh, die al tijden om onduidelijke redenen halverwege zo’n landslide area zit. Het blijkt dat het traject vóór hem van slechts enkele meters lang er buitengewoon lastig uitziet en hij weet niet hoe hij er over heen moet. De gids moet dus even een demonstratie geven. Het is een stuk traject waar de grond onder je voeten wegzakt, maar zolang je maar snel genoeg loopt, gebeurt dit achter je en zak je zelf niet mee. We moeten flink op Sangeeta inpraten dat ze dit keer echt snel moet lopen en niet zo langzaam als tot nu toe. Ik moet haar letterlijk over het stuk pad trekken om te zorgen dat ze snel genoeg vooruit gaat. Niet veel later bereiken we het bord “thanks” met op de achterkant de aankondiging “landslide area” voor de mensen die van de andere kant komen. Het lijkt er op dat het ergste achter de rug is. Sangeeta ploft neer om bij te komen van deze voor haar zeer heftige ervaring. Wanneer we 10 minuten later de weg vervolgen en twee keer om een “hoek” van een berg gaan, blijkt dat we nog grote stukken van hetzelfde soort te gaan hebben. Zo’n misleidend bord hakt er mentaal wel even in.
We vragen ons af of de hoge route niet slimmer was geweest. Als we eenmaal in Tilicho base camp zijn en tegen de steile bergwand opkijken waarlangs de hoge route naar beneden zou moeten komen, maar nergens een trail te bekennen is, weten we wel beter. Dat was met name voor Sangeeta helemaal niets geweest. Als we een handgemaakt affiche op de deur van Tilicho Base Camp Hotel zien, komen we echter niet meer bij van het lachen. Hier worden de leisteen-hellingen die Sangeeta zo eng vond als toeristische attractie “Monkey-donkey-experience” aangeprezen. Op de rug van een paard naar boven en dan rennen naar beneden: “Scree slope down hill running”. Merk op: het guesthouse kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de mogelijke (gezondsheids)schade tijdens een dergelijk avontuur.