Argentinië

Belén, Cordoba, Rosario – Argentinië

19 november – 15 december- Belén, Cordoba, Rosario, terug in Buenos Aires en door naar Ushuaia, Vuurland

De laatste ochtend in Cafayate doken we eerst een internetcafe in om het nodige werk af te handelen. Vervolgens gingen we op weg naar Bélen. Meestal wanneer we wegreden, deden we meteen het frontje van de autoradio op zijn plek, maar nu toevallig niet. Wanneer we dat circa 10 km buiten Cafayate wel willen doen, blijkt dat deze niet meer in de tas zit waar we hem altijd in stoppen. Even zijn we in de war en checken we voor de zekerheid diverse andere plekken, maar hij blijkt echt kwijt. We reden dus maar terug naar de hospedaje om ook nog uit te sluiten dat we hem daar per ongeluk hebben laten liggen. De kamer is al schoongemaakt en ook daar ligt ie niet. We houden bij de eigenaar vol dat het bijna niet anders kan dan dat hij in de hospedaje is kwijtgeraakt en uiteindelijk komt hij met het frontje aanzetten met het verhaal dat de schoonmaakster hem waarschijnlijk al de vorige dag uit de kamer heeft gehaald en dat iemand het frontje net bij haar thuis heeft opgehaald. Samen met de eigenaar moeten we ook nog even bij de schoonmaakster thuis langs zodat hij haar op haar kop kan geven waar we bij zijn. Het is echter een eind rijden. In de tijd dat we bij het hostel waren, kon dus nooit iemand het frontje bij de vrouw opgehaald hebben. Het verhaal lijkt niet helemaal te kloppen. Wij zijn echter blij dat het frontje weer terecht is en vervolgen onze rit naar Bélen. Helaas blijkt deze route niet zo heel erg mooi en bovendien wordt ons een groot deel van het zicht ontnomen door enorme zandstormen. Af en toe wordt ons weg gekruist door mini-wervelwindjes waar de zanddichtheid zo hoog is, dat we nauwelijks iets kunnen zien, en stapvoets moeten rijden. Pas vlak voor Bélen, als we door de Quebrada de Bélen rijden, wordt het landschap mooier. Bélen zelf is een klein gezellig plaatsje, het nabij gelegen Londres is de oudste Spaanse nederzetting in deze streek.

Opvallend trouwens in de afgelopen 10 dagen buiten de grotere steden en in de kleinere plaatsen met veel meer Quecha inwoners is het volgende:
– de mensen zijn niet zo klef en plakkerig als elders
– (gelukkig) krijg je ineens geen medialunas (soort kleine, vieze, zoete en kleverige croissantjes) als ontbijt
– Mensen in de bediening van hotels en restaurants zijn vaak vrij onaardig
– we worden niet meer met het gezellige chica & chico (of chicos) aangesproken, maar met señor en señora
– In restaurants hebben ze veelal geen menukaart meer, daar het menu zeer beperkt is. Op de vraag of ze een menu hebben worden voortdurend enthousiast geantwoord: “Ja hoor, we hebben: lomo (groot stuk matig vlees met veel vet en reuzel), kip (veelal voorzien van botten en vellen), lomito (dun stukje lomo op brood) of pizza (een voorgebakken pizza bodem, waar nog snel wat ingrediënten opgegooid worden voordat het kortstondig een oven ingaat) een ensalada mixta (te weten losse droge slablaadjes, tomaat, ui en wortel). Met twee warme maaltijden per dag zakt de moed je na een dag of 10 wel in de schoenen als je weer om een menu gaat vragen. Maar goed, wat je maag te kort komt, wordt ruimschoots gecompenseerd door de schoonheid van het landschap.

Tucuman
Wijngaarden onderweg naar Belén
Kathedraal in Cordoba

Vanuit Bélen rijden we eerst naar Londres waar ook ruines uit de tijd van de Inca’s te vinden zijn. De bouwwerkjes zien er iets minder slecht uit dan andere ruine complexen waar we geweest zijn, maar het is weer de omgeving die het de moeite waard maakte om naar deze plek te komen. Daarbij kwam dat er nagenoeg geen toeristen waren en dat maakt het ook meer bijzonder.

De rit van Bélen via Andalgalá naar Tucuman loopt helaas eerst weer door wat minder mooi en eentonig landschap, voorbij Andalgalá steken we via de Cuesta de Chilca een flinke bergpas over die onze richting Bella Vista brengt aan de voet van de Nevados de Aconquija, een gebergte van ruim 5000 meter hoog met eeuwige sneeuw. Hier wordt het landschap mooier. Helaas is het nog al bewolkt en kunnen we slechts een deel van het berglandschap bewonderen. Eenmaal in Tucuman aangekomen, wordt ons vermoeden bevestigd dat Tucuman Quecha taal is voor regen. Voordat we onze autotocht begonnen hadden we al meerdere malen regen in Tucuman. Nu regent het van het moment dat we aankwamen tot we weggingen: meest een flinke motregen afgewisseld met hoosbuien die de straten in rivieren veranderen. Gelukkig bleef de temperatuur nog steeds zeer aangenaam.

De afgelopen weken leek Buenos Aires lichtjaren ver weg, maar in Tucuman en later in Cordoba belanden we na 2 weken van relatieve rust ook weer in het leven van een drukke stad met volop zakenmannetjes strak in pak en een telefoon die aan het oor lijkt vastgegroeid en vrouwen die aan 3 wedstrijden tegelijkertijd meedoen:
– wie kan het meeste SMS-jes per uur verzenden
– wie draagt de kleinste, strakste en laagste (spijker)broek, liefst in combi met het kleinste, strakste en hoogste shirtje
– en wie kan het interessantst met haar kont in die klein, strakke, lage (spijker)broek draaien.

Het resultaat van die competities zijn naast een groot aantal goedgevormde vrouwen (en natuurlijk de al eerder genoemde massa’s veel te dunne vrouwen) en een heel leger bijzonder jonge moeders ook een aantal goed draaiende branches:
– winkels in spijkerbroeken en mobiele telefoons
– drogisterijen met laxeermiddelen en andere afvalproducten
– sportscholen
– babywinkels
– en niet te vergeten de “hoteles por hora”. Het uitdagende gedrag wordt kennelijk regelmatig door de lichtontvlambare mannen beantwoord die daar eigenlijk niet toe gerechtigd zijn. Als Argentijnen al een auto hebben is de achterbank duidelijk niet goed genoeg, dus zijn er in de grote steden volop hotels die geheel anoniem kamers per uur verhuren, incl alle films & tools om de temperaturen nog hoger te laten oplopen.

In Tucuman belandden we ook ineens volop in de kerstsfeer wat bij deze hoge temperaturen nog wel een beetje wennen is.
Na Tucuman busten we naar Cordoba, vanwege de 7 universiteiten en de ligging het intellectuele en geografische centrum van Argentinië.

Het is eigenlijk “just another city” en voor een toerist wellicht niet zo interessant, behalve om van daar uit de Sierra de Cordoba en andere plekken in de omgeving te verkennen. Voor een langer verblijf (bijv voor een studie of Spaanse cursus) kan het echter wellicht een heel aardige stad zijn, want de vele studenten, goede (lounge)restaurants, hippe bars en trendy discotheken geven de stad een aangename sfeer. Zaterdag is het tot diep in de nacht overal in het centrum gezellig druk (op de centrale plaza werd er ’s nachts nog spontaan tango gedanst), waardoor het op zondag pas tegen de avond weer een beetje levendig wordt.

Nadat we op maandagochtend eerst nog even een bezoekje brengen aan de pas in 1989 ontdekte jezuieten crypts gaan we op weg naar Rosario, de geboorteplaats van Ernosto (Che) Guevara en onze laatste stop voordat we weer terug in Buenos Aires zullen zijn.

Op dat moment brengt prinses Maxima in de Jujuy provincie bezoekjes aan ontvangers van microkredieten in het kader van een ontwikkelingsproject van de Wereldbank. Op dinsdag haalt haar bezoek de voorpagina’s van vele kranten (zie afbeelding hierboven). Het geheugen van de Argentijnen dat in de jaren zeventig en tachtig wellicht getraind is om snel te vergeten, is daarmee een beetje opgefrist en plots tonen tal van mensen een vorm van herkenning wanneer je vertelt dat je uit Nederland komt.

Veel Argentijnen hebben een grappige indeling van de wereld: landen die dichtbij zijn (Verenigde staten, Engeland, Duitsland, Frankrijk, Spanje) en landen die ver weg zijn, de meeste overige landen buiten Zuid-Amerika. Zoals je ziet, heeft geografische ligging niets te maken met dit ver weg/dichtbij begrip.

Terug naar Maxima en de microkredieten. Die mogen dan wel de voorpagina van de krant halen, in hoeveelheid tekst worden ze overschaduwd door de aandacht die uitgaat naar het overlijden van Frits Philips dat aanzienlijk meer tekst krijgt.

Nog wat meer nieuws: het beteugelen van de inflatie die inmiddels meer dan 10% per jaar bedraagt, is hot nieuws. De regering heeft met een aantal supermarkten een overeenkomst gesloten dat de prijzen van enkele honderden producten met 15% gaat verlagen. Niet alleen in Nederland zijn grote prijsverlagingen dus zo maar ineens mogelijk. Vele Argentijnen vragen zich dan ook af of ze voorheen dan niet bestolen werden.

Dinsdag 6 december houden we een relaxt dagje aan de rivierkust van Rosario. Hier vind je allerlei relaxte terrasjes en gezellige zandstrandjes, waar we even volop van genieten en is tevens een mooie manier om ons Spaans weer te oefenen.
In Rosario vind je naast de gezellige stranden o.a. het nationale vlagmonument ter ere van de maker (Manuel Belgrano) van het ingewikkelde ontwerp van de Argentijnse vlag (zie linksboven aan deze pagina). Deze Manuel Belgrano heeft zijn laatste rustplaats gekregen in een gigantisch bootvormig bouwwerk met o.a. een toren van 78 meter hoog. Bovenin heb je een mooi uitzicht over de stad en de Rio de Paraña.

Vlak bij dit monument treffen we ook weer eens een monument aan voor de slachtoffers van de Falkland (Malvinas) oorlog. Bij zulke monumenten staan ook steevast beweringen dat de Falklands voor altijd Argentijns zijn. Ook op vele officiële kaarten en andere documenten worden de Falklandeilanden meestal als onderdeel van Argentinië aangegeven. Het is ons niet duidelijk waarom de Argentijnen deze eilanden die naar verluid bijzonder saai en leeg zijn zo belangrijk vinden.

Op 7 december keren we terug in Buenos Aires. De volgende dag is het weer een nationale feestdag, lekker rustig dus in de straten, die her en der zelfs door spelende kinderen worden bezet. Op een normale werkdag staat langer midden op straat blijven dan nodig is om over te steken, gelijk aan zelfmoord.
Op Plaza de Mayo is het extra druk daar deze middag de stoffelijke resten van een van de oprichtsters van de Madres de Plaza de Mayo, die 28 jaar geleden door de militaire junta werd vermoord, ceremonieel wordt begraven. Haar overblijfselen zijn pas afgelopen zomer (uh, winter in Argentinië) in Buenos Aires teruggevonden en geïdentificeerd.

De dagen erna besteden we aan werken, Spaanse lessen, tango-les en aan het orienteren voor een nieuwe camera die eind september is gestolen op het Retiro busstation. Er zijn nauwelijks camera’s te vinden die voldoen aan onze wensen en bovendien zijn die meer dan 2 keer zo duur als in Nederland door de gigantische importheffing op deze producten. Na wat stevig afdingen, besluiten we om de rest van de extra kosten toch maar te betalen en zien dat maar als extra ontwikkelingshulp ;-).

De loting voor WK 2006 in Duitsland, waarbij Nederland o.a. bij Argentinie wordt ingedeeld, helpt de Argentijnen verder bij de herkenning van de naam Nederland.

Op zondag 11 december gaan we wederom naar een flinke voetbalkraker. Een andere stadsderby: Boca Juniors tegen Independiente, de nummer 2 tegen de nummer 3, die ook nog kans maakt op het kampioenschap. Vooraf heeft Boca slechts een punt minder dan de koploper Gimnasia dat op bezoek moest bij Newell’s Old Boys in Rosario en 3 punten meer dan Independiente.
De spanning is voelbaar in het La Bombonera stadion van Boca. Boca moet dus winnen en Gimnasia moet punten laten liggen. De supporters houden hun adem in en het sterkere Boca heeft onder toeziend oog van een zenuwachtige Maradona weer eens moeite met scoren. In de tweede helft neemt de druk van Boca op het doel van Independiente onhoudbaar toe en de hinchas begrijpen dat een doelpunt in de lucht hangt, die ook al snel valt. Het wordt een groot feest in Bombonera, want de stand bij Gimnasia-Newell’s is nog steeds 0-0.

Vlak voor tijd maakt Boca 2-0. Na afloop is het nog 5 minuten wachten op de definitieve 0-0 uitslag van Gimnasia en het feest kan losbarsten. De uitwedstrijd van Boca bij Olimpo in Bahia Blanca lijkt slechts een formaliteit, het kampioenschap kan Boca niet meer ontgaan. Woensdag 14 klaart Boca dit klusje inderdaad met 1-2 en het grote feest op Plaza de la Republica aan de brede Avenida 9 de Julio kan beginnen. Tienduizenden mensen veranderen de Plaza in een grote blauw/goude massa en honderden auto’s rijden toeterend en met vlaggen door de straten. Een heerlijk volksfeest, waarbij zich geen noemenswaardige incidenten voordoen.
Wij houden het op tijd voor gezien. De volgende dag moeten we op tijd op voor onze vlucht naar Ushuaia in Vuurland/Patagonië. We gaan een tocht van circa 5 weken door het zuiden van Argentinië maken. Eerst dus naar Ushuaia en vervolgens via de “omgeving” van Calafate en Bariloche terug naar Buenos Aires. Ook zijn we van plan om de Tren Patagonico, een treinreis van Bariloche naar Viedma in het oosten te nemen.

Laat een antwoord achter